Versterkte aanpak van doorverkoop gestolen spullen
Inbraken, overvallen en straatroven hebben een flinke impact op slachtoffers. Ook andere vermogensdelicten zorgen voor veel schade bij getroffenen. Door het kopen, bezitten of verkopen van die gestolen goederen moeilijker te maken (ook wel heling genoemd), wordt het minder aantrekkelijk voor criminelen om deze misdrijven te plegen. Daarom wordt het Digitaal opkopersregister (DOR) verplicht voor alle opkopers en handelaren.
Opkopers en handelaren in tweedehands spullen moeten straks de gebruikte en ongeregelde goederen en de personen die deze goederen aanbieden, verplicht invullen in het DOR. Nu verschilt de vorm van het verplichte inkoopregister per gemeente, en gaat het soms nog per papieren register. Door goede, digitale registers wordt het makkelijker voor de politie om criminelen op te sporen en gestolen goederen terug te geven aan de slachtoffers.
Zodra een gestolen product wordt opgekocht en ingeschreven in het DOR, ontstaat een match met Stop Heling (database met aangiftes van gestolen goederen) en ontvangt de politie hiervan automatisch een melding. Die match kan natuurlijk niet automatisch tot stand komen met papieren registers. Via de website en app van Stop Heling kan iedereen tevens vooraf controleren of bijvoorbeeld via internet aangeboden tweedehands spullen als gestolen geregistreerd staan.
Ook komt er een landelijke verplichting om gebruik te maken van het Digitaal opkopersloket (DOL). Opkopers en handelaren moeten zich melden bij de gemeente waar zij hun bedrijf of beroep uitoefenen. In veertig procent van de gemeenten moet dat nu op voorschrift van de gemeente bij dit digitale loket, in andere gemeenten moet dat bij een fysiek loket. Het DOL gaat straks voor elke gemeente gelden.
Foto Pixabay (geregistreerde collectie)